Dit is de échte focaccia: goudbruin, luchtig, krokant van buiten en doordrenkt met TOPIKÁ olijfolie. Zo eentje die heerlijk fluffy blijft en boordevol smaak zit… Precies zoals Nonna 'm zou maken. Helemaal in Dario stijl.

Ingrediënten (voor 2 personen)

• Voor het deeg:
  • 620 g tarwebloem
  • 335 ml water op kamertemperatuur (houd 50 ml apart)
  • 13 g zout
  • 26 g bruine suiker
  • 200 ml TOPIKÁ Original extra vierge olijfolie
  • 5 g verse gist, vooraf opgelost in een beetje lauwwarm water
    
    
• Voor het vormen & afwerken:
  • Extra tarwebloem om te kneden
  • Ovenschaal
  • Kwastje
  • Theedoek
• Voor de banja (olie/water-mengsel):
  • 50 ml TOPIKÁ olijfolie
  • 50 ml water
    

Bereidingswijze

1. Doe de tarwebloem in een grote kom en voeg 285 ml van het water toe (hou 50 ml apart). Meng alles goed met een houten lepel tot het een ruw deeg vormt.

    

    

2. Voeg zout, bruine suiker en 200 ml TOPIKÁ olijfolie toe. Meng alles goed tot een glanzend, glad geheel.

    

3. Los de verse gist op in een klein beetje lauwwarm water en voeg dit samen met de overgebleven 50 ml water toe aan het deeg. Meng opnieuw goed door.

    

4. Bestuif je werkblad met een beetje bloem en begin met kneden. Dario's favoriete methode? Napolitaanse stijl: draaien, vouwen, oppakken en weer draaien. Kneed tot het deeg soepel, elastisch en licht plakkerig is.

    

5. Vorm het deeg tot een mooie bol en druk er met een bebloemde vinger zachtjes in. Als de afdruk langzaam deels terugveert, is het deeg klaar om te rijzen.

    

6. Dek het deeg af met een schone theedoek en laat 15 minuten rusten op kamertemperatuur.

    

7. Weeg 650 g deeg af voor een standaard ovenschotel. Rol het weer tot een bol en laat het 30 minuten rusten voor een perfecte glutenvorming.

    

8. Rek het deeg op een licht bebloemd oppervlak uit tot een rechthoekige vorm. Draai het om en rek opnieuw. Vouw de bovenkant naar binnen, druk zachtjes aan. Draai het weer om en sluit het als een kleine rechthoekige baksteen.

    

9. Giet 100 ml olijfolie in een apart bakje en vet de onderkant van de ovenschaal royaal in met het kwastje.

    

10. Leg de gevormde focaccia in de ovenschaal en laat nogmaals rijzen op kamertemperatuur voor ongeveer 45–60 minuten, tot het goed gerezen is.

     

11. Gebruik je vingers om kuiltjes in het deeg te drukken en maak een lichte rand langs de zijkanten.

     

12. Meng 50 ml water met 50 ml olijfolie (banja) en giet dit ruim over de focaccia zodat het in de kuiltjes trekt en het oppervlak bedekt. Het deeg zuigt dit goed op.

     

13. Laat het deeg nog 1 uur rusten zodat de banja goed kan intrekken.

     

14. Verwarm de oven minimaal 30 minuten van tevoren voor op 250°C, hij moet goed heet zijn. Bak de focaccia 15 minuten. Is hij nog niet goudbruin? Geef hem dan 5 minuten extra.

     

     

15. Laat de focaccia 5 minuten afkoelen. Snijd in 6 stukken en serveer direct.